
Ons brein bestaat uit drie verschillende ‘lagen’, die elk hun eigen functie hebben. Ze werken samen, maar hebben ook hun eigen wijsheid en manier van reageren. Door deze breinen beter te begrijpen en op de juiste manier in te zetten, kunnen we keuzes maken die beter bij ons passen – zowel in ons dagelijks leven als op de lange termijn.
Het instinctieve brein – overleven op de automatische piloot
Het oudste deel van ons brein is het instinctieve brein. Dit werkt snel en onbewust. Het is gericht op directe overleving en komt vooral in actie bij dreiging of gevaar. Denk aan de automatische reacties als vechten, vluchten of bevriezen. Handig als je plots moet uitwijken in het verkeer, maar minder behulpzaam bij bijvoorbeeld een meningsverschil met een collega of partner. Het instinctieve brein is vaak onzichtbaar aanwezig, maar kan ons leven flink beïnvloeden als we ons er niet bewust van zijn.
Het dierlijke brein – voelen wat klopt
Het tweede brein is ons dierlijke brein, ook wel het emotionele of intuïtieve brein genoemd. Dit brein is verantwoordelijk voor emoties, sociale verbinding, ons interne kompas en het herkennen van natuurlijke ritmes. Het is het deel van ons dat ‘voelt’ of iets goed voor ons is – nog voordat we het met ons hoofd kunnen uitleggen.
Dit brein is vaak ondergewaardeerd, terwijl het juist diepgewortelde wijsheid bevat. Het weet vaak precies wat je nodig hebt: of een situatie veilig voelt, of je energie krijgt van je werk, of je je nog thuis voelt in een relatie. Veel mensen zijn het contact met dit brein kwijtgeraakt. We zijn steeds meer gaan leven vanuit ons hoofd, en minder vanuit gevoel.
Het menselijke brein – plannen, denken, oplossen
Het derde brein is het menselijke brein, het jongste in onze evolutie. Dit deel stelt ons in staat om te plannen, redeneren, praten, analyseren en organiseren. Het is ontzettend krachtig voor het oplossen van praktische problemen, het voeren van gesprekken en het structureren van ideeën.
Maar… we gebruiken dit brein vaak ook voor dingen waar het minder geschikt voor is. We proberen met ons hoofd te beslissen of iets goed voelt. We piekeren ons suf over keuzes waar we diep vanbinnen het antwoord al op voelen. Daardoor raken we vaak in twijfel of vermoeidheid.
De juiste rolverdeling – wie mag leiden?
De kunst is om het dierlijke brein leidend te laten zijn in het dagelijks leven. Dit brein voelt wat klopt. Het menselijke brein mag daarna volgen en helpen. Bijvoorbeeld door iets praktisch te organiseren, te verwoorden wat je voelt of een planning te maken. Op die manier werk je vanuit je gevoel, gesteund door je verstand – in plaats van andersom.
Veel keuzes kun je beter maken op gevoel, zoals werk, vriendschappen, wonen of relaties. Je lichaam en intuïtie geven vaak signalen, alleen zijn we verleerd om ze serieus te nemen. Juist dáár ligt veel winst: weer leren voelen wat bij je past.
Leven volgens je ritme – terug naar je natuur
Een voorbeeld van natuurlijk leven is stoppen met de wekker en wakker worden volgens je eigen ritme. Dat lijkt misschien onmogelijk in de moderne wereld, maar het is wel waar ons lichaam op gebouwd is. We kunnen opnieuw leren luisteren naar signalen van vermoeidheid, honger, behoefte aan rust of beweging.
Door te leven in lijn met je natuurlijke ritme, ontstaat er meer energie, rust en helderheid. En dat begint met het erkennen van je dierlijke brein: de plek waar gevoel, intuïtie en wijsheid samenkomen.
Van hoofd naar hart – en terug
Je hoofd is belangrijk. Maar je hart en buik spreken ook. Wie leert om het menselijke brein als hulpmiddel te gebruiken – en niet als stuurman – zal merken dat het leven lichter en natuurlijker aanvoelt. Minder twijfel, meer richting. Minder ruis, meer rust.
Leef vanuit je gevoel, afgestemd met je verstand. Dan leef je niet tegen jezelf in, maar met jezelf mee.